Onze parken kennen een groep uiterst gespecialiseerde bezoekers. Ze komen vrijwel nooit alleen, maar zijn bijzonder lid van groepen met zeer gevarieerde achtergronden: van gezinnen en familiefeesten tot vriendenclubs en collegiale vrijdagmiddagborrelaars. Ze zijn over het algemeen te vinden rondom de Witte Villa, bij de Steile Tuin, of aan de vijver bij de waterval. Ze worden gewaardeerd om hun bereidheid om op loeihete dagen enige uren boven een nog hetere gril hun culinaire kunsten tentoon te spreiden. Het gaat natuurlijk om de barbecuers.
De barbecue is inmiddels niet meer weg te denken uit onze parken. Bezoekers zien het park als een verlengstuk van hun eigen achtertuin. Zo rond etenstijd hoort daar dan een hapje en een drankje bij. De opkomst van de parkbarbecue is terug te voeren naar het begin van deze eeuw, met name naar de overgang van de gulden naar de euro. In eerste instantie waren het jongeren, die door de forse sprong van het horecaprijspeil meer waar voor hun geld kregen door hun maaltijd zelf in het park te bereiden. Dat de kleine wegwerpbarbecue in deze tijd een explosieve opkomst meemaakte zal zowel oorzaak als gevolg zijn geweest van deze ontwikkeling.
Imponeren
Ondertussen zijn het lang niet meer alleen maar de jongeren en de wegwerpbarbecue die de boventoon voeren in deze gemeenschap. Vanuit de omliggende wijken neemt men de mobiele tuinkeuken mee, en wanen voornamelijk mannen zich in de finale van Masterchef. Goed vlees, verse salade en bijzondere wijnen worden tevoorschijn getoverd om de rest van het gezelschap te imponeren. De parkbecue past prima in de gemeentelijke visie op het gebruik van de parken: een groene huiskamer voor alle bewoners en bezoekers van onze stad. Bovendien houden de parkbecuers zich verrassend goed aan de spelregels: ze maken gebruik van de vuurschalen en ruimen hun afval na afloop vaak goed op. Soms wil een barbecue wel eens transformeren in een kampvuur – en dat is ongewenst – maar een kort gesprek is gelukkig vaak voldoende om een parkbrand te voorkomen.
Nauwelijks invloed
De gemeente heeft nauwelijks invloed op grote maatschappelijke veranderingen als economische ontwikkeling en nieuwe vormen van vrijetijdsbesteding. Men kan hooguit inspelen op de gevolgen die deze zaken hebben op het parkgebruik. Door deze relatief nieuwe vorm van gebruik ruimte te bieden en voortdurend het gesprek aan te gaan, heeft ook deze gemeenschap een plaats gevonden in het park – en dat is natuurlijk vooral te danken aan het absorberend vermogen van onze monumentale parken en de wendbare houding van de hoeders ervan: de gemeente en de Vrienden.
Door Simon van den Bergh